Vanuit de Hutong-straatjes in Peking - Reisverslag uit Peking, China van Henk en Kirsten - WaarBenJij.nu Vanuit de Hutong-straatjes in Peking - Reisverslag uit Peking, China van Henk en Kirsten - WaarBenJij.nu

Vanuit de Hutong-straatjes in Peking

Door: Henk en Kirsten

Blijf op de hoogte en volg Henk en Kirsten

22 Mei 2013 | China, Peking

Vanuit Mongolië vertrokken we om 7.15 uur met de Trans Mongolië Express naar Peking. We waren mooi op tijd opgestaan om de bijna drie kilometer naar het station in Ulaanbaatar te lopen. Het moest heel makkelijk te vinden zijn, aangezien het één rechte weg is en we die alleen maar over moesten steken. Helaas ging het minder makkelijk dan gehoopt en we haalden de trein slechts op tien minuten voordat hij vertrok. Anders dan we eerder vermeldden, was de Mongoolse trein veel luxer dan de Chinese. Er zaten zelfs televisies in de cabines en alles werd meerdere malen per dag schoongemaakt. We sliepen met twee Duitse jongens, Florian en Simon, in een cabine. Zij maken een reis door Azië en Zuid Amerika en trekken daar een jaar voor uit. De reisgenoten van de vorige keer zaten allemaal in andere treinstellen, maar we hebben ze allemaal nog wel even gesproken. We gaven Ruth haar SD-kaart terug en de broer van Steve (uit Nieuw Zeeland) is eerder naar huis gegaan, omdat er wat met zijn vriendin was. Het gaat nu allemaal weer goed gelukkig. De reis kon beginnen. Tot Peking hoefden we nog maar één keer te overnachten.

In de avond kwamen we aan bij de grens van Mongolië waar we redelijk snel weer door konden rijden. Onze Duitse kamergenoten knepen hem een beetje voor de Chinese douane, aangezien zij een werkvisum hebben en helemaal niet gaan werken (anders konden ze geen visum voor twee maanden krijgen). En wij hadden al het fruit opgegeten, omdat dat verboden is om mee te nemen. Aan de grens bleek het allemaal reuze mee te vallen. Toen we aankwamen werden we verwelkomd met klassieke muziek en er stapten zeer goed Engels sprekende Chinezen in. Ze vroegen bijna niks en namen onze paspoorten in. Ruth daarentegen moest van dag tot dag vertellen waar ze sliep en wat ze ging doen. Gelukkig mochten wij onze tassen dicht laten, zoals tot nu toe altijd. Het was tijd voor de wisseling van de wielen van het treinstel. We reden een loods in. Alle delen van de trein werden van elkaar losgekoppeld en omhoog gehesen, zodat de stellen eronder losgemaakt konden worden. Daarna kregen we de paspoorten terug. We hebben er maar liefst acht uren gestaan, maar het leek wel sneller te gaan met een gezellig borreltje erbij.

In Mongolië ziet het landschap er grotendeels hetzelfde uit. Heuvels, graslanden, zand en geen wegen. Het was er voornamelijk erg kaal. We kwamen regelmatig kamelen tegen, een prachtig gezicht over het uitgestrekte landschap. In China is het heel anders. China beschikt over een goed wegennet en het was er al helemaal groen, meteen toen we de grens overstaken. De bomen zaten alweer vol met bladeren. De volgende dag, net een uur voordat we in Peking zouden aankomen kwamen we in een prachtig gebied. Enorme bergen kwamen tevoorschijn met veel groen en water. We reden door tachtig tunnels dwars door de bergen, een prachtig gezicht. Het was elke keer weer een verrassing wat voor mooie plaatjes we zouden zien als we de tunnels uitreden. Om 14.00 uur kwamen we aan in Peking, waar het heerlijk weer was, ondanks de dikke smoglaag. Het was er 35 graden.
We namen afscheid van alle mensen in de trein en gingen samen met de Duitsers op zoek naar ons hostel. Zij sliepen in de buurt van ons hostel en zij hadden een goed gps systeem. Nadat we hen bij hun hostel hadden afgeleverd was die van ons makkelijk te vinden. In één van de vele straatjes lag ons hostel (wat een hotel bleek te zijn). We zaten middenin de Hutong-wijk. Dat zijn straatjes die vol zitten met eetgelegenheden, hotels, hostels, barretjes en mensen, uiteraard. Een prachtige volksbuurt. De bewoners van dit gebied bouwen hun woningen om zodat ze geld kunnen verdienen. Bijna iedereen die daar woont heeft dan ook een tafeltje of een karretje of kleedje voor zijn of haar woning liggen om dingen op te verkopen. Sommige mensen hebben hun inboedel buiten staan, zodat toeristen of inwoners daarop hun eten kunnen nuttigen. Het is er erg gezellig en erg druk. Het is hier overigens normaal dat baby’s en kinderen tot een bepaalde leeftijd geen luiers dragen, maar gewoon een gat in hun broek hebben. Dan kunnen ze hun behoefte doen waar en wanneer ze maar willen. We keken raar op toen we voor de eerste keer een ouder met een kind met een groot gat in zijn broek zagen lopen. Later zagen we zelfs kinderen op straat door de hurken gaan. Wat een andere wereld.

De kamer waar wij in zouden slapen was overboekt. We mochten zonder extra te betalen in een tweepersoonskamer slapen, met eigen badkamer. De volgende dag zouden we wel in de andere kamer kunnen. Deze fout vonden wij helemaal niet erg en zo mochten ze nog wel een paar fouten maken. Het hostel was prachtig. We besloten meteen gebruik te maken van onze privébadkamer. Daarna gingen we snel de stad in om wat te eten en al snel vonden we een leuk tentje.
We hebben de volgende dag de Verboden Stad bekeken. Het is een immens groot complex met grote pleinen en alleen maar mooie gebouwen en tuinen. Achterin zit het mooiste deel. De tempeltjes, die vaak half op rotsen gebouwd zijn worden omringd door enorme en prachtige oude bomen. Alles wat we hebben gezien is mooi. Al lopend door de uitgang zagen we recht voor ons een berg met drie mooie tempels. Via de trapjes tussen de rotsen door zijn we naar boven geklommen. Vanaf de berg hadden we een prachtig uitzicht over de stad. Het was heerlijk weer. Tegen de avond was het nog dertig graden, terwijl we de zon nog niet één keer goed hadden kunnen zien. Die zit vaag verscholen achter de smoglaag. Het is echt zo erg. Na het vele lopen, werd ons een ritje in een gemotoriseerd karretje naar ons hostel aangeboden. Slechts drie yen zouden we moeten betalen, zei de bestuurder. We vonden dat een mooie prijs (€ 0,37). We hadden dan ook al besloten dat hij een leuke fooi zou krijgen. De zitting bleek iets te smal, waarna we door twee personen werden gebracht. Henk wisselde ook nog een keer van karretje, zijn chauffeur fietste. Kirsten in een karretje en Henk in één. Zo toefden we mooi door de stad. Na ongeveer vijf minuten werden we afgezet in een verlaten straatje, naast de hoofdstraat. We zeggen het goed, afgezet. Want toen Henk geld, inclusief mooie fooi, tevoorschijn haalde, keken beide mannen van rond de veertig jaar, heel verbaasd. Nee, zeiden ze, terwijl de ene man zijn onderarm over zijn voorhoofd haalde om zijn zogenaamde zweet weg te vegen. Geen drie, maar driehonderd, zei de meest gespierde. Wij keken elkaar vragend aan. Geen van ons wist een oplossing en we konden wel door de grond zakken. Dit kleine stukje hadden we beter kunnen lopen. Dat had ons €37,50 gescheeld.

Henk vertelde dat drie yen de afgesproken prijs was. Nee, zei de man, driehonderd en hij toonde het kaartje waarop 300 stond. Hij begon al wat op een hardere toon te praten. We zeiden dat we maar weinig bij ons hadden. Henk had al het geld onder zijn kleding in een onzichtbaar buideltasje. We hadden nog ongeveer 1200 bij ons, maar dat hoefden die oplichters niet te weten. Henk liet zien wat hij nog had, ongeveer twintig yen. Wat zit er in je tas dan? Eten, zei Henk. De mannen werden wat agressiever. Betalen, schreeuwden ze. We keken om ons heen. Konden we vluchten? De mannen hadden hun karretje geparkeerd en konden niet heel snel achter ons aan komen, tenzij ze de karretjes achter zouden laten. Op het eind van de straat stond een wat duurdere auto, waarvan de motor draaide. Aan de andere kant moest je een paar hoeken om voordat je weer in de bewoonde wereld kwam. Henk zei: Laten we gaan pinnen. We konden het geld missen, omdat we het altijd erg rustig aan hebben gedaan met het geld. De ene man belde, terwijl hij achter ons aan reed. De andere fietste ons naar een pinautomaat. We bekeken verschillende manieren om hier onderuit te kunnen komen, maar dat was onmogelijk. We reden hard en bijna niemand spreekt Engels.

We werden afgezet bij een pinautomaat, waar geen enkele buitenlander te vinden was. Er stonden wel ongeveer vijftig Chinezen, die ons stuk voor stuk vragend aankeken. Er hing duidelijk niet zo’n fijn sfeertje. Henk deed alsof hij pinde en haalde driehonderd yen uit zijn buideltasje. Eenmaal terug bij de chauffeurs overhandigde hij het geld. En die andere chauffeur dan? vroeg hij. Het moest niet gekker worden. Henk werd op harde toon gedwongen nog driehonderd te betalen. Weer deed hij alsof hij pinde. Toen Henk het geld overhandigde, kwam er eindelijk weer een glimlach op de gezichten van de mannen. De omstanders gingen weer verder met waar ze mee bezig waren en wij kregen van dezelfde mannen nog een ritje aangeboden naar het centrum. For free, zei hij. Hij smeekte ons bijna om met hem mee te reizen. We hebben dat dan ook maar gedaan. Die smerige oplichter zette ons dan ook af aan de hoofdstraat, nu wel tussen de toeristen. Wij liepen daarna weg en hebben, ondanks 75 euro lichter te zijn, nog erg genoten van de voedselmarkt, waar werkelijk alles wordt aangeboden.

Heerlijk die larven op een stokje. Of wat dacht je van twee pasgeboren kuikentjes met kop en al voor even tussendoor? De normale vleesspiesjes en stokjes met inktvistentakels waren erg in trek, de rest wat minder. Een slang, meneer? Of stierenballen? Waar heeft u zin in? Je wordt er erg sterk van. Van alle kanten werd geroepen. We zagen nog meer vreemde dingen, zoals schorpioenen, zeesterren, zeeëgels en een vliegende hagedis op een stokje. Hoe moet je in godsnaam een zeeëgel eten? Au! Wij hebben onze ogen uitgekeken.

De volgende dag bezochten we de grote muur in Badaling. Als je geen tour boekt, kun je met lijn 919 voor slechts 1 euro en 10 cent naar de muur worden gereden door een bus. De entree was ook maar vijf euro per persoon, dus die dag hadden we een meevaller. Ook die dag was het weer boven de dertig graden en we konden eindelijk de zon weer eens zien. Wel waaide het erg hard. De muur was enorm, ook het hoogteverschil. We moesten soms zo steil omhoog klimmen dat we ons aan de leuning omhoog moesten trekken. Het uitzicht was dat ook prachtig. We zaten op ongeveer anderhalf uur rijden van Peking.
De laatste dag hebben we het zomerpaleis bekeken. Dat vonden we toch wel het mooiste wat we in de stad gezien hebben. Als je daar ronddwaalt, lijkt het alsof je in een sprookje bent beland. Grachtjes met prachtige gebouwtjes, allemaal heel knus, zijn er in veelvoud. Het paleis ligt op een berg, waarvan je de stad weer mooi kunt bekijken. Als je nog iets verder klimt en om het paleis heen loopt, kom je bij een groot meer uit, althans daar kijk je overheen. Het was daar beneden zo mooi en druk dat we daar een paar uren rond hebben gewandeld en hebben gezeten.

We besloten de volgende dag naar Datong te reizen. Dat ligt op zeshonderd kilometer van Peking om daarna langzaam verder te reizen door China. Omdat we nog wat tijd over hadden zijn we met de metro naar het vogelnest, het stadion van de Olympische Spelen in 2008, gereisd. Daarna bekeken we de Temple of Heaven nog, waarna we ergens nog wat eten bestelden. Dat gaat hier overigens een stukje anders dan in Europa; je besteld alles in één keer en je deelt alles. De eerste dag had Henk wel zin in soep vooraf. Hij kreeg een kom met twee liter soep. Kirsten heeft op een briefje in Chinese tekens geschreven dat ze vegetarisch is, anders begrijpt niemand het. Een enkeling spreekt Engels, echt een enkeling. Dat betekent minder dan één op de tienduizend (naar ons gevoel).

Verder zijn wij hier voor de meeste mensen een toeristisch attractie. We worden van alle kanten aangestaard, alsof wij beroemd zijn of iets dergelijks. Het is heel vreemd, zelfs in Peking. We hebben andere buitenlanders gesproken en die zeggen precies hetzelfde. Je verwacht dat ze er daar wel aan gewend zijn, maar dat is dus niet zo. In het centrum zelfs, veel mensen maken stiekem foto’s. Ze wijzen en komen soms heel verlegen vragen of ze met je op de foto mogen. Ook heel volwassen mannen. Henk is al een paar keer met een groep dames of de foto gegaan, evenals Kirsten met jongens. We zijn regelmatig mensen tegengekomen die bij een toeristische attractie, zoals de grote muur, geen foto van de muur maken, maar de vader laat zijn kind voor ons staan en wacht met klikken tot wij zijn kant op kijken. Gisteren waren we een hele dag met een gids op pad. De mensen die voor ons zaten (Chinezen), keken regelmatig achterom en lachten dan wat. De man fotografeerde zijn vrouw aan het eind van de dag stiekem met ons, waarna wij er maar naast gingen staan. Ze waren erg blij. Een ander meisje was zo hysterisch dat ze eerst een stuk of tien foto’s stiekem maakte, daarna tien met Kirsten maakte, daarna tien met ons samen maakte en oja, we moesten ook nog een keer met haar vriend op de foto. Soms voelen we ons net aliëns. De mensen lijken allemaal heel normaal verder. Onze gids vertelde ons dat het voor de meeste mensen heel bijzonder is, omdat ze niet vaak blanke mensen zien. Het lijkt onvoorstelbaar, maar het is echt waar. Zelfs in Peking. Hij zei wel dat dat hysterische meisje waarschijnlijk uit een dorp ergens buiten de toeristische gebieden komt en dat wij waarschijnlijk de eerste blanke mensen zijn die zij ooit heeft gezien. Het zal naarmate wij verder de binnenlanden intrekken nog wel erger worden dus.

Wij hebben erg genoten van Peking. Het is een prachtige stad. De mensen zijn er ontzettend aardig, op een paar oplichters na. En het is er allemaal erg goedkoop. We zullen de volgende keer verslag doen van Datong, Pingyao, Xian en Chengdu, waar we weer een emigrant zullen bezoeken.

  • 22 Mei 2013 - 08:34

    Geert Veen:

    Hoi Henk en Kirsten,

    Wij zijn ook op de muur geweest, heel indrukwekkend allemaal.
    Ook wij werden nagestaard en diverse malen moesten we optreden voor een fotosessie.
    Zijn jullie ook op het grote plein van de Hemelse Vrede geweest?
    Dit ligt tegenover de Verboden Stad.
    Wij verbleven in Shouzo en reisden vandaar met de nachttrein naar Peking.

    Groeten,

    Hennie en Geert

  • 22 Mei 2013 - 14:26

    Rob En Afke:

    Hoi Kirsten en Henk,
    Jeetje, wat beleven jullie ontzettend veel, passen al die indrukken nog wel in jullie hoofd ? Het lijkt me allemaal erg overweldigend. Maak maar veel foto's, dan kun je later in alle rust alles nog eens bekijken.
    Hele fijne reis verder, we volgen jullie op de voet.
    Groetjes:
    Rob en Afke

  • 22 Mei 2013 - 20:47

    Harry En Jappie De Jong:

    Bedankt voor de mooie verslagen ,Jullie hebben alles van te voren goed uitgeplozen .Maar die twee schobbejakken kwamen onverwachts .Dat zal heus nog wel eens gebeuren .Geniet met volle teugen ,Het is de reis van je leven .groetjes jappie

  • 22 Mei 2013 - 21:26

    Lies:

    Hi Kirsten en Henk,
    klinkt alsof jullie het goed naar je zin hebt. Heel veel plezier nog gewenst en ik blijf de verslagen lezen.

  • 24 Mei 2013 - 09:03

    Petr:

    Tot in Chengdu

  • 24 Mei 2013 - 19:50

    Elly En Thomas:

    hallo avonturisten,
    wat leuk zoals jullie alles beschrijven. het lijkt wel of je we er zelf bij staan en ernaar kijken. we zijn zeer benieuwd naar wat jullie allemaal nog tegen komen maar we genieten van jullie reis. heel veel plezier samen en tot het volgende verhaal. groetjes Elly en Thomas

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Henk en Kirsten

Actief sinds 26 Feb. 2013
Verslag gelezen: 912
Totaal aantal bezoekers 209753

Voorgaande reizen:

20 April 2013 - 10 December 2016

Wereldreis

Landen bezocht: